Rollins Band – Liar (1994)

De meeste liedjes worden gezongen. De stem wordt dan als het ware als een instrument gebruikt, waarbij een zangmelodie gevormd wordt. Ga maar na: als je gewoon praat, klinkt je stem veel minder ‘zangerig’. Sommige talen of dialecten (Limburgs bijvoorbeeld) daargelaten. Misschien komt het wel daardoor (doordat bij praten de nadruk meer ligt op de inhoud dan de melodie) dat een belangrijke boodschap vaak meer impact heeft als die wordt uitgesproken dan gezongen. ‘Spoken word’ is een genre dat gebruik maakt van dat gegeven. Het is een dichtvorm die bedoeld is om hardop uit te spreken of voor te dragen.

De meeste muzieknummers zijn natuurlijk bedoeld als entertainment. Ze moeten goed in het gehoor liggen, zang en muziek moeten mooi op elkaar aansluiten, en zo nodig kan dat prima met onzinwoorden of een neptaal. Ketchup Song, anyone? Vanuit radio-oogpunt is het belangrijk dat een gedraaid liedje het doorluisteren bevordert, dus het moet niet al teveel de aandacht op zich vestigen en er al helemaal niet toe leiden dat de luisteraar de radio uit of op een andere zender zet. Vanuit dat uitgangspunt kun je (met een beetje overdrijven) redeneren dat hits en spoken word twee uitersten van een schaal zijn.

Toch ken ook jij wel degelijk nummers die (in elk geval voor een groot deel) gesproken zijn in plaats van gezongen. En dan heb ik het niet over gezongen nummers waar een kort gesproken stukje (een zogenoemd ‘parlando’) in zit. Daarvan krijg ik persoonlijk jeuk op allerlei intieme plekken. Echter, nummers waarin bewust de keuze gemaakt is om een groot deel van de tekst voor te dragen in plaats van te zingen, daar kan ik erg warm voor lopen. Ik heb even een aantal bekendere voorbeelden van spoken word-nummers alfabetisch onder elkaar gezet, en je zult zien dat er knoeperds van hits tussen zitten:

  • Laurie Anderson – O Superman
  • Blur – Parklife
  • Cake – Short Shirt/Long Jacket
  • The Charlie Daniel’s Band – The Devil Went Down To Georgia
  • Dire Straits – Private Investigations
  • eels – Suzan’s House
  • Paul Hardcastle – 19
  • Baz Luhrmann – Everybody’s Free (To Wear Sunscreen)
  • Madonna – Justify My Love
  • Will Powers – Kissing With Confidence
  • Lou Reed – Dirty Blvd.
  • Robbie Robertson – Somewhere Down The Crazy River

En uit de losse pols voeg ik daar graag nog twee minder bekende voorbeelden aan toe, die ook erg het beluisteren waard zijn:

  • Lazyboy – Facts Of Life
  • William Shatner – Common People (een cover van Pulp)

Zoek ze maar eens op, daar krijg je geen spijt van.

Zoals je ziet/hoort, zijn de meeste van deze spoken word-nummers muzikaal gezien op een popleest geschoeid. Dat maakt ze toch enigszins behapbaar voor de argeloze luisteraar, en daardoor alsnog relatief radiovriendelijk. Maar wat nu als een artiest ervoor kiest om zijn tekst voor te dragen op een bedje van snoeiharde gitaren? Hoe gewillig zijn de media dan nog om het nummer te draaien? Niet, zou je denken, maar dat bleek in het geval van Liar van de Rollins Band nogal mee te vallen…

De voorman van de Rollins Band is Henry Rollins. Niet alleen voormalig zanger van hardcore punkband Black Flag, maar ook een zeer actief en productief spoken word-artiest. Hij en zijn band speelden Liar in eerste instantie als een losse, humoristische improvisatie. Een jamsessie die eigenlijk alleen voor liveconcerten bedoeld was. Het nummer wordt verteld vanuit het perspectief van een pathologische leugenaar, die enerzijds zijn slachtoffers probeert te paaien, en hen anderzijds recht in hun gezicht uitlacht vanwege hun onnozelheid. Rollins zag er hooguit een B-kantje in, dat niet eens op hun nieuwe album Weight zou komen. Het platenlabel daarentegen dacht er een hit in te horen. Sterker nog, dit moest de eerste single van de nieuwe CD worden. Dat gebeurde ook in het voorjaar van 1994. De studioversie was geproduceerd door Theo Van Rock, die in elk geval zijn naam al mee had. En er kwam zelfs een door Anton Corbijn geregisseerde clip bij.

Als je het nummer beluistert, zou je kunnen denken: dit is geen liedje voor een grote doelgroep. En als mediamens zou je op basis daarvan kunnen denken: daar moesten we ons publiek maar eens niet mee gaan lastigvallen. Gelukkig dachten ze daar bij MTV anders over. De muziekzender zette de clip op heavy rotation. Als gevolg daarvan werd Liar opgenomen in een aflevering van de mateloos populaire serie ‘Beavis & Butt-Head’. Een andere clipzender, VH1, zette het nummer op #64 in hun lijst met ‘beste hardrocksongs aller tijden’. De track bereikte de hitlijsten in de VS, Groot-Brittannië en… Nederland.

Zo zie je maar dat je je kijker of luisteraar niet moet onderschatten en niet de keuze voor hem of haar moet maken. Dat kan het publiek namelijk prima zelf. Daar was de voorzitter van de lokale omroep waar ik op dat moment draaide het overigens roerend mee oneens. Zeker toen ik Liar bombardeerde tot Remschijf in mijn programma ArtyShock en het in twee achtereenvolgende uren draaide. Het kwam me op een berisping te staan, maar dat was ik gelukkig de week daarop alweer ‘vergeten’. Leugentje om bestwil… 😉

Vorig bericht
Volgend bericht

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *