Eboman – Donuts With Buddah (1996)

We (Carlo, Sjaak en ik) hebben ons weer wat op de hals gehaald hoor, toen we vandaag precies een jaar geleden deze Facebook-pagina lanceerden. Hoewel niemand ons erom gevraagd had, hebben we onszelf opgelegd om elke week een verhaaltje te schrijven over een ‘Hidden Treasure’. Dat definieerden wij als ‘een nummer dat niet op Spotify staat’. Nu moet je weten dat er op het moment van schrijven 70 miljoen nummers wel via de streamingdienst te beluisteren zijn, en dat er per dag(!) 60.000(!!) nummers bijkomen. Het is dus zoeken naar spelden in een hooiberg. Toch houden we het nu al een jaar vol en zijn hier zo’n 125 artikelen terug te vinden van nummers waarvan wij ons afvragen waarom die niet via de groene Zweedse reus te streamen zijn. Of kortweg in twee woorden: ‘hoe dan?!?!’

Ja, de secure lezer zag dat goed: binnen een paar zinnetjes evolueerden ‘verhaaltjes’ naar ‘artikelen’. Zo is dat ons in de praktijk namelijk ook vergaan/overkomen: waren de stukjes die wij in den beginne schreven bij de nummers die we je graag wilden laten horen nog relatief beknopt, gaandeweg begonnen we er genoegen in te scheppen de complete historie van een liedje en/of artiest uit te vlooien. Vooral toen keer op keer bleek dat er, zonder dat je er erg in hebt, vaak geweldige verhalen achter nummers schuilgaan. Als je verschillende bronnen raadpleegt, zoals wij tijdens onze ‘research’ plegen te doen, vind je vaak vele puzzelstukjes, die gezamenlijk tot die prachtige anekdotes leiden. Maar omdat ik me nauwelijks plekken voor de geest kan halen waar die anekdotes ook echt in hun geheel zijn opgetekend, hebben wij ons geroepen gevoeld dat dan maar te doen ‘voor de mensen’. Opnieuw: zonder dat iemand erom gevraagd heeft. En in het ergste geval: zonder dat iemand erop zit te wachten 😊.

Tel daarbij op dat wij als muzieknerds ook nog onze eigen herinneringen bij al die nummers hebben, en dat wij terug horen (en ook in de statistieken kunnen zien) dat jullie het wel degelijk leuk vinden om dat hier te lezen. Dat maakt het voor ons alleen maar leuker om onze zielenroerselen met jullie te blijven delen. Ook al is dat eerlijk gezegd niet altijd makkelijk. Juist omdat er al zoveel wel beschikbaar is (waarvoor niets dan hulde!). Gelukkig beschikken wij over breinen met rare kronkels, waarin om elke hoek weer een nieuwe kast kan staan met laatjes vol informatie waarvan we niet meer wisten dat we die hadden opgeslagen. Ik heb al eens eerder omschreven hoe het creatieve proces van de totstandkoming van een Hidden Treasures-artikel bij mij werkt, en een paar weken geleden legde Carlo uit hoe bij hem het ene onderwerp het andere kan triggeren. Precies in die toelichting schreef hij twee woorden op, die bij mij direct leidden tot het idee voor mijn jubileumbijdrage van vandaag.

Carlo schreef ergens in zijn betoog: ‘Het muzikale klokkenspel van Sequencial, of Speedy J die met Pullover de sirene niet alleen op de 1ste maandag van de maand door het land laat galmen. Sample madness en dampende stampende beats in optima forma’.
Mijn hart maakte een sprongetje. ‘Sampling madness’, was dat niet de manier waarop Jeroen Hofs de muziek omschreef die hij maakte met zijn Eboman-project? Nou en of dat zo was. En vergeet het maar dat je voor die nummers bij Spotify terecht kunt. Ik had weer een niet te streamen juweeltje gevonden.

Jeroen Hofs komt uit Huissen bij Nijmegen. Op zijn slaapkamer experimenteert hij volop met geluid. Met een Commodore Amiga computer en later een sampler legt hij daar de basis voor wat later de Eboman-sound zou worden. Een eclectische mix van samples, ondersteund door beats die aanhaken bij het door The Chemical Brothers geïntroduceerde ‘bigbeat’-genre (om die reden ook wel ‘chemical beats’ genoemd). Anno 2021 woont Hofs alweer vele jaren in Amsterdam, maar hij maakte halverwege de jaren ‘90 een tussenstop in Utrecht voor de studie Beeld- en Mediatechnologie aan de Hogeschool voor de Kunsten. Nadat hij daar eerst in de jazzdancescene actief is, doet hij in 1995 zijn eerste optreden als Eboman. De meest gebruikte variant van zijn artiestennaam is de aan elkaar geschreven versie, maar op het artwork van zijn singles, in zijn logo en ook in de hoesteksten wordt regelmatig over Ebo Man gerept. Op die manier schreef fusion-gitarist David Newman in 1976 ook de titel van het nummer, waarnaar Hofs zijn project noemde.

De muziek van Eboman is veel te vooruitstrevend (en laten we eerlijk zijn: niet-radiovriendelijk) voor de mainstream media, maar de VPRO weet er in 1995 al wel raad mee. Ook de programmeurs van Noorderslag zijn er als de kippen bij en geven de dan nog volstrekt onbekende artiest een podium op hun showcasefestival. Daarna slaat de vlam in de pan. Niet in het minst door Ebomans eigen fysiek uitbundige optreden en het feit dat hij zijn wilde beats en samples met niet minder chaotische videobeelden ondersteunt. Nog datzelfde jaar krijgt hij de aanmoedigingsprijs de Zilveren Harp, en staat hij zowel op Pinkpop, Roskilde als Lowlands. Ook wordt hij door The Prodigy gevraagd het voorprogramma te verzorgen van hun Engelse tournee. Begin 1997 komt hij nogmaals naar Noorderslag, maar dan om de Popprijs op te halen.

Precies op dat moment staat Donuts With Buddah, de single van zijn eerste EP Sampling Madness Part 1, in de Tipparade. Mede dankzij een sample uit de hit Guitar King van Hank the Knife & The Jets heeft dat nummer nog iets herkenbaars, maar ‘toegankelijk’ is een groot woord. De track strandt dan ook bovenin de tiplijst, maar voor een nummer van dit kaliber is dat een absolute prestatie. Luister nog maar eens, terwijl je onder de video verder leest:

De eerlijkheid gebiedt te zeggen, dat op het moment dat Eboman de Popprijs krijgt, zijn tweede single Bounce To Diss (van zijn EP Sampling Madness Part 2) al geflopt is. Nadat hij in 1997 nogmaals op Lowlands staat, waar hij het publiek opnieuw omver blaast, wordt het stil rondom de act. Er is wel een heel album opgenomen, maar Hofs wil weg bij zijn label, terwijl dat label hem aan zijn contract houdt. Er wordt nog wat met rechtszaken gedreigd, maar het album ziet nooit het licht. Ondertussen is Junkie XL in zijn voetsporen getreden, en verovert na Europa ook de VS.

Dat wil overigens niet zeggen dat de muzikale carrière van Jeroen Hofs op niets is uitgelopen. In tegendeel: hij heeft films uitgebracht, remixen en videoclips voor andere artiesten gemaakt, met klassieke ensembles samengewerkt en leaders gemaakt voor TV-programma’s. In 2009 begon hij met de ontwikkeling van de ‘SensorSuit’, een kostuum waarmee hij op het podium, on the fly, muziek en videobeelden maakt, manipuleert en mixt, wat tot een overweldigende totaalervaring leidt (heb ik van horen zeggen). En alsof de duvel ermee speelt, lees ik net op zijn Facebookpagina dat Eboman (want zo noemt Hofs zichzelf nog steeds) werkt aan een nieuwe website. To be continued, dus…

Vorig bericht
Volgend bericht

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *