‘One hit wonder’. Mooie term is dat. En op zich ook moeilijk verkeerd te interpreteren. Een one hit wonder is een artiest die maar één hit gescoord heeft. In ons geval nemen we dan natuurlijk Nederland als uitgangspunt, en meestal kijken we bij de definitie van ‘hit’ dan naar de lijst die zich ‘de enige echte’ noemt, de Nederlandse Top 40. Nu kent Nederland natuurlijk, naast die ‘commerciële’ hitlijst ook een publieke chart (de Mega Top 50, ooit zelfs een Top 100) en een industrielijst (de Single Top 100). Kortom, bij het bepalen van die ‘ene’ hit valt in ons land nog wel wat te marchanderen. Echter: anno 2022, waarin het belang van collectieve hitlijsten afneemt ten gunste van eigen lijstjes (zoals playlists op Spotify), en waarin je ook ‘hits’ kunt scoren op platforms die niet voor de landelijke charts worden gemeten (zoals social media, het livecircuit enz.) is het steeds moeilijker te bepalen wat nog een échte one hit wonder is. Daarom vind ik het altijd gek om in dat soort lijstjes bands als Kula Shaker (Hush), Thin Lizzy (Whiskey In The Jar) en The Waterboys (The Whole Of The Moon) tegen te komen. Feitelijk correct in de zin van ‘slechts één keer in de hitparade gestaan’, maar gevoelsmatig nou niet echt bands die hun hele fanbase alleen maar aan dat ene liedje te danken hebben.
Dat is anders voor een band als Boom Boom Room. Daarvan is daadwerkelijk maar één liedje doorgedrongen tot het collectieve geheugen (en zelfs dat niet, vrees ik).
Boom Boom Room was een Engelse band die in 1985 werd opgericht en zijn naam leende van een Amerikaanse strip. Het trio bestond uit zanger Andy Nakanza (echte naam Andy Manning), gitarist/bassist Lushi Lee (Jeremy High Thorton Jones) en drummer Skid Solo (Simon William Etchell). Lee had daarvoor in de groep One The Juggler gezeten, die ooit een demo opnam van het nummer Here Comes Your Man.
Met Boom Boom Room nam hij het nummer opnieuw op. Het werd in 1986 de eerste single van die band, die uitkwam op een klein label. Onverwacht werd het een cult classic en kwam het ook bij de grote labels op de radar. Nog hetzelfde jaar tekenden ze bij Epic, wat tegenwoordig onderdeel is van het grote Sony Music. Die voorzagen de single van een ander hoesje en brachten hem nogmaals uit, alsof het een nieuw liedje was. Dit keer was het wél op grotere schaal raak. En dan nog hebben we het maar over een miniem hitje hoor. In de UK Singles Chart kwam Here Comes The Man tot #74. Het stond precies 1 week in de lijst. Dan deed het nummer het in Nederland beter: het stond in het voorjaar van 1986 vijf weken in de Tipparade. De Verrukkelijke 15 schatte de single meer op waarde: in de zes weken dat hij daarin stond, haalde het nummer de 8e plek. Dit is ook de notering die het in Zuid-Afrika haalde, waar het zelfs een #1-airplayhit werd. Ook in Australië was het een hit. De track werd zelfs gebruikt in een televisiereclame voor deodorant. Al met al dus een nummer waar een luchtje aan zit. Dat kunnen je oren gelukkig niet waarnemen, dus luister gerust naar de Hidden Treasure van vandaag:
Waar het vooral aan schortte, in mijn optiek, is de timing. Here Comes The Man was een new wave-nummer, maar die stroming was in 1986 zijn piek al voorbij. Ergens tussen 1982 en 1984 had het beter gescoord, denk ik. Maar ja, da’s makkelijk lullen, toen was het nog niet eens geschreven 😉
Na Here Comes The Man kwamen nog drie singles uit: Take Your Time, Julie en Love Your Face. Alle vier kwamen terecht op wat het enige album van Boom Boom Room zou worden: Stretch. Daarna was de rek er bij Skid uit en verliet hij de band. Andy en Lushi gingen toen verder onder de naam Something Blue en brachten nog de single When You Smile You’re A Different Girl uit. Het schijnt dat Andy vervolgens van de aardbodem verdwenen is en nooit meer een liedje heeft opgenomen.
Here Comes The Man kreeg in 2004 nog een tweede leven toen de Zuid-Afrikaanse indie-rockband The Parlotones het nummer coverde op een EP. Het jaar daarna verscheen het ook op hun album RadioControlledRobot. Voor de volledigheid hierbij ook een linkje naar die coverversie: